Verslag van de Erfgoedarena "De waarde van de nacht"
geschreven door Reinwardt student Eva Harmsen
Wanneer de straten donker worden en de muziek begint te spelen, verandert de wereld van kleur, misschien wel tot het kloppende hart van de stad. Onze clubcultuur is diepgeworteld in de Nederlandse geschiedenis en cultuur. Nel van Dijk, directeur van de Reinwardt Academie, opent deze Erfgoedarena met een terugblik op haar positieve herinneringen aan uitgaan en clubcultuur, van de Roxy tot de Bhagwandisco. Clubcultuur is een integraal onderdeel van onze samenleving.
Het gesprek wordt geleid door Souhayla Ou-Oumar, werkzaam als docent in Amsterdam-West, die zich inzet om mensen, vooral jongeren, te ondersteunen bij het vinden van hun levensweg. Ze start het gesprek met een citaat uit ‘Een nachtvisie', een cultuurbeleid dat in 2021 in Amsterdam werd geïntroduceerd: “Van roemruchte underground feesten tot wereldberoemde festivals: onze nachtcultuur is uniek. Die willen we vasthouden en sterker maken. De nacht is immers belangrijk voor de stad: economisch, sociaal en cultureel.” Maar wat maakt clubs nu zo bijzonder en wat geeft de clubcultuur haar waarde?
Om dit verder te bespreken, worden de eerste twee sprekers uitgenodigd om op het podium plaats te nemen. We beginnen de avond met Manique Hendricks, curator van de tentoonstellingen ‘Wie Danst is Vrij’ en ‘The Rhythm of the Night’. Naast haar staat Jordi Ariza Gallego, curator van SEXYLAND, een conceptuele club waar ruimte is voor experiment en waar radicale gelijkheid voorop staat.
Jordi Ariza Gallego voegt eraan toe dat clubs een belangrijke rol spelen in het bieden van ruimte voor zelfexpressie en het omarmen van diversiteit: "Clubs zijn plekken waar de strenge regels van de dag niet gelden. Hier kunnen risico's worden genomen, eigenwijsheid omarmd."
"Geen enkele kunstenaar begint in een museum, je moet eerst een paar keer op je bek gaan. Clubs bieden deze ruimte maar worden ook vaak over het hoofd gezien," vertelt Manique. Ze geeft aan dat ondanks dat deze werelden ver van elkaar verwijderd lijken, musea veel kunnen leren van de mogelijkheden die clubs kunstenaars bieden. “Clubs zitten veel minder vast in traditie.” Jordi voegt hieraan toe dat clubs juist heel interessante plekken zijn om te zien hoe mensen zich ontwikkelen.
Vanwege de fluïde en vrije vorm die clubs kunnen aannemen, gaf Manique aan dat het een hele opgave is om die sfeer vast te leggen in een tentoonstelling. "Er is natuurlijk veel archiefmateriaal, maar allemaal zonder context. En juist die context bieden is heel belangrijk." Als je over 30 jaar een tentoonstelling maakt over clubcultuur, wanneer je geen houvast meer hebt aan fysieke media, zou het er heel anders uitzien." "Het is ook vaak niet makkelijk om meteen te zien wat de waarde is van dingen. Pas wanneer je verhalen combineert en er tijd overheen gaat, zie je hoeveel iets betekent," voegt Jordi toe.
Beide sprekers benadrukken de waarde van de vrijheid die clubcultuur biedt en zien deze vrijheid als erfgoed dat bewaard en beschermd moet worden, terwijl het ook de ruimte moet krijgen om zich verder te ontwikkelen. Met deze gedachten nemen Manique en Jordi weer plaats in de zaal en gaan we verder met de volgende drie sprekers.
We gaan verder met de vraag: wat is de levensduur van een club? We hebben het over de tijdelijkheid van clubs, maar hoe zit dat nu echt? Om deze vraag te beantwoorden, nodigen we Mirik Milan uit, voormalig Nachtburgemeester en nu werkzaam bij VibeLab, een onderzoeks-, advies- en belangenbehartigingsbureau dat zich richt op het ondersteunen van creatieven en het behoud van de nachtcultuur.
Naast hem zit Bram Owusu, hoofdprogrammeur bij kanaal40, een interdisciplinaire ruimte voor muziek en kunst, en mede-eigenaar van Garage Noord, een club waar iedereen zich thuis kan voelen. Als laatste neemt Lola Edobor plaats, DJ onder de naam Lola Edo en een van de oprichters van bar Pamela, speciaal voor de queer community, een veilige plek waar iedereen zichzelf kan zijn en kan ontdekken. Ze is ook een van de oprichters van de nieuwe club en culturele broedplaats TILLA TEC.
Volgens Mirik is clubcultuur vaak een aanjager van gebiedsontwikkeling, maar daar zit ook meteen de frictie. "Gemeenten gebruiken clubs om gebieden te ontwikkelen en vervolgens zijn het vaak ook de eerste plekken die weer worden weggeveegd," zegt Mirik. "Mijn hoop is dat gemeenten clubs laten mee-evolueren met de stad. Om relevant te blijven, moeten clubs constant meer kunnen blijven betalen, maar zodra ze meer moeten betalen, kunnen programmeurs minder risico's nemen en worden clubs minder interessant."
Bram haakt hierop in door te zeggen dat hij tegen het romantiseren van de tijdelijkheid van clubs is. "Ik zie het als problematisch." Lola voegt hieraan toe door te benadrukken dat tijdelijke clubs vaak gehuisvest zijn in verlaten gebouwen en dat de kosten voor het inrichten als club hoog zijn. Ze merkt op: "Je moet heel veel geld hebben om keer op keer een nieuwe tijdelijke club in te richten. En mensen die dat kunnen betalen, hebben zelden het beste voor met de nacht. Tijdelijkheid komt dan over als exclusiviteit. Maar eigenlijk gaat het om enorme kosten voor renovatie, geluidsisolatie en marketing, en dat om het na een jaar weer af te breken." "Op deze manier worden clubs steeds meer de stad uit geduwd," zegt Bram.
Een manier om dit tegen te gaan is door clubs te laten evolueren van enkel uitgaansgelegenheden naar culturele broedplaatsen. Een van deze plekken is TILLA TEC, de nieuwe club van Lola.
"Een visie begint bij de eigenaren," zegt Bram. "Vroeger, wilde ik de wereld redden, mensen bij elkaar brengen en iets goeds doen. Ik dacht dat dit betekende dat ik president moest worden, of voor de VN moest werken, maar toen realiseerde ik me dat ik daar niet veel kon veranderen. Maar met iets als Garage Noord kan ik mensen een hele memorabele avond geven en op die manier veel voor mensen betekenen." kanaal40 volgt tot op zekere hoogte hetzelfde idee, maar Bram legt uit dat waar Garage Noord heel erg ging over wat hij dacht dat goed zou zijn voor de community, het bij kanaal40 meer een samenwerkingsproces is. "Ik vind het belangrijk om andere mensen inspraak te geven."
Op het gebied van inspraak en samenwerking is Mirik nu actief met VibeLab, een organisatie wiens grootste drijfveer is om te kijken naar de transformerende kracht die nachtcultuur en creatieve gemeenschappen uitoefenen op stedelijke gebieden. Een van de projecten die zij hebben ondernomen is "Rise, A nighttime manifesto", een collectieve representatie van de waarden die de wereldwijde nachtgemeenschappen drijven en die oproept tot grootschalige erkenning en verbetering van de nacht. “In a time of isolation, polarisation, and digitalization, nightlife remains an essential analogue space in which people from different walks of life can come together, dance, play, and express themselves and their creativity in the collective presence of others.”
Alle sprekers zijn het met elkaar eens dat voor de toekomst van het nachtleven geleund moet worden op samenwerking en creatieve mogelijkheden. Om af te sluiten kijken we naar hoe deze mogelijkheden eruit zien in een veranderende stad? Hoe bewaken en beschermen we deze toekomst? Om hierover verder te praten, neemt Jordi opnieuw plaats op het podium en nemen we afscheid van Mirik.
“Wat betreft kansen denk ik dat clubs behoorlijk commercieel zijn geworden. De nacht was bedoeld om een betere wereld te maken, maar nu is het eigenlijk gewoon een hele dure grap," begint Lola. Ook Bram geeft aan dat clubeigenaar zijn op het moment een enorm gevecht is tegen het grote kapitaal. Beide eigenaren geven ook aan te willen zorgen voor toegankelijkheid voor iedereen, zowel door gelijkheid als door betaalbaarheid. “De club is niet voor één soort mensen en dat proberen we terug te brengen,” zegt Lola.
“Dat soort dingen zijn alleen niet mogelijk, tenzij je iemand hebt die je financieel een warm hart toedraagt,” voegt Bram hieraan toe. “Klopt,” zegt Lola, “We moeten ook gewoon open blijven en met de huidige huurprijzen moet je constant je prijs verhogen. Dan wil je een veilige plek zijn voor je community, maar je moet steeds meer geld vragen, anders moet je gewoon sluiten.” Er moeten meer opties zijn; de financiële druk op het nachtleven zorgt voor beperkingen, maar leidt ook tot creatieve oplossingen. “Ik heb een kunstsubsidie," vertelt Jordi. “En dat is echt nodig als ik ruimte wil bieden om te experimenteren."
Het nachtleven en clubcultuur zijn onderwerpen waar iedereen wel een verhaal over heeft, maar toch zijn er nog te weinig mensen op de juiste plekken die er echt iets vanaf weten. Onze sprekers zijn hoopvol voor de toekomst en zien binnen hun gemeenschappen de wil en energie om de nacht te vieren en te beschermen. We ronden de avond af met een groot applaus voor de sprekers en praten zelf ook graag nog even door met een hapje, een drankje en natuurlijk, goede muziek.