Foto: Roadburn 2024 - Kamil Parzychowski
Muziek en muziekbeleving vormt een groot onderdeel van het dagelijks leven van veel mensen. Binnen het cultuuraanbod lijkt een vorm buitengewoon succesvol: de festivals. Muziekfestivals zijn er in alle vormen en maten. Van kleinschalige aangelegenheden waar de lokale en regionale gemeenschap samenkomt, tot enorme 'merken' die honderdduizenden mensen bij elkaar brengen, vaak ook van over de landsgrenzen. Veel festivals spelen in op een gevoel van toebehoren en loyaliteit van de bezoeker. Dit geldt in zekere mate ook voor de artiesten. Met name festivals die verder gaan dan de commerciële - hype- en trendgevoelige - insteek, koesteren zeer bewust hun notie van 'hun gemeenschap'. Met elke nieuwe editie bouwen festivals aan deze gemeenschap, en zo ook aan nieuwe relaties en gesprekken over de betekenis ervan. De minder 'mainstream'-festivals vormen zo veel meer dan een afgeschermd terrein met optredens, horeca en (eventueel) overnachtingsmogelijkheden voor bezoekers. Zo kan hun programmering een politieke en/of maatschappelijke lading hebben en is er sprake van uitgesproken of juist onuitgesproken sociale gedragscode. Bovendien is er ook een liminale ruimte (tussenruimte) in de wisselwerking tussen organisatie, curatie en publiek die ervoor zorgt dat een festival door alle betrokkenen gewaardeerd kan worden als 'van wezenlijk belang', als erfgoed. Muziekfestivals zijn - onbedoelde? - erfgoedgemeenschappen.
Omdat het organiseren van de volgende editie(s) altijd de boventoon voert voor de festivalorganisatoren, lijken ze niet toe te komen aan het verzamelen, waarderen, onderzoeken en/of presenteren van het eigene. Kunnen erfgoedprofessionals hierbij helpen? Welke instrumenten kunnen worden in gezet om iets dat slechts een keer jaar lijkt te bestaan te koesteren? Welke verhalen doen ertoe, en voor wie? Kan het benaderen van erfgoedfestivals als immaterieel erfgoed hun helpen in het versterken van de eigen positie binnen het culturele veld? Kan zo de sector geholpen worden om de maatschappelijke meerwaarde beter over het voetlicht te brengen? Dit laatste leek tijdens de coronacrisis in het geding, en met de aankomende bezuinigingen op cultuur lijkt deze meerwaarde opnieuw vergeten.
Roadburn Festival is als evenement zich buitengewoon bewust van de eigen gemeenschap. De afgelopen 26 jaar heeft het een gemeenschap opgebouwd die – via de interfaces en platforms die de organisatie voor, tijdens en na het evenement biedt – behoorlijk zelfbewust en nieuwsgierig is naar zijn eigen aard. Het festival is ontstaan uit een viering van de zware psychedelische rock en metal, via subgenres als industrial, stoner, doom, sludge en post-metal, naar een (meer?) grensverleggend aanbod die de curatie van muziek omvat die als zwaar wordt gepresenteerd en ervaren. Naast deze muzikale curatie heeft het festival ook inclusie, vriendschap en gemeenschapswaarden bevorderd. Het heeft deze in recente edities met elkaar verbonden via het prisma van ‘redefining heaviness’. Het artistieke curatorschap staat bekend om het creëren van unieke ruimtes voor verkenning en experiment. De tonen en frequenties kunnen veranderen, maar de gemeenschap blijft terugkomen. Wat drijft deze loyaliteit aan het onbekende? In hoeverre vormt de rol van de cathartische ervaring van zwaarte de rode draad?
Het lectoraat Cultureel Erfgoed van de Reinwardt Academie werkt in 2024-2025 samen met (de gemeenschap van) het Roadburn Festival in Tilburg aan deze vragen. In het praktijkonderzoek "Archiving Heaviness" willen we (1) de maatschappelijke waarde van deze (erfgoed)gemeenschap ontdekken, (2) de culturele betekenis van ‘zwaarte’ in en om muziekbeleving duiden, en (3) advies uitbrengen over de toekomstbestendigheid van dit (type) festival(s). Hiertoe zetten we erfgoedbenaderingen in, zoals Auto-etnografie, Emotienetwerken en Co-curatie in. Tijdens het festival zal het onderzoek werken aan een participatieve pop-up tentoonstelling. Dit experiment vormt mogelijk een startpunt voor een langer onderzoeksproject.
- Jaar
2024