Robin Vermeulen

Cultureel ondernemer

Afgestudeerd aan de Reinwardt Academie: 2015

Robin studeerde af aan de Reinwardt Academie met een onderzoek naar graffiti. Nu werkt hij onder andere voor het Amsterdam Andalusisch Orkest. Hieronder vertelt hij wat hij van de opleiding en zijn werk vindt. Ook deelt Robin zijn favoriete erfgoedklassiekers. Van nu en de toekomst.

Je schreef een scriptie over het behoud van graffiti. Hoe werd daarop gereageerd?  
‘Mensen stonden er best voor open. Ik wilde met mijn onderzoek zo dicht mogelijk bij de graffitiscene komen. Ik wilde het niet bekijken vanuit de erfgoedinstellingen, want dan zou de scene het niet zo interessant vinden. Dan zou dit het zoveelste onderzoek zijn dat op die manier werd uitgevoerd. Er waren al veel dingen over graffiti geschreven, maar altijd vanuit culturele instellingen die er weinig van afwisten.’  

Jij wist er wel veel van? 
‘Ik deed het zelf en kende die mensen. Dat vind ik een voorwaarde om zo'n onderzoek te kunnen doen. Ik sprak de taal, kende de mensen en kon de interviews doen. Ik kon aan beide kanten uitleggen wat ik aan het doen was, zowel aan de erfgoedkant als de graffitikant. Als ik geen graffiti-achtergrond had, had ik dit onderzoek nooit kunnen doen.'

Best grappig: graffiti is dus ook erfgoed.
‘Er valt heel veel onder erfgoed. Het bewaren van tradities en rituelen, maar dus ook een leefstijl. Iets waar een specifieke groep mensen altijd mee bezig is, bijvoorbeeld graffiti of gaming. Als dat zo belangrijk voor ze is, dan is het erfgoed. Misschien niet voor de Canon van Nederland, maar dat maakt niet uit. Zolang er maar een bepaalde culturele waarde aan vastzit.’  

Echt iets voor een Reinwardt-student om over na te denken. Wat vergeet je nooit meer van jouw studietijd daar? 
‘De studiereizen die we hebben gemaakt. We gingen bijvoorbeeld naar Parijs, Berlijn en Londen. Door die reizen heb ik heel veel kunnen zien. Dat is fijn, want zo vorm je een goed beeld van wat er allemaal gebeurt. Wat ik verder ook tof vond aan de Reinwardt is dat je heel makkelijk in contact kwam met mensen die al werken in de erfgoedwereld.’

Hoe belangrijk was Amsterdam tijdens de opleiding? 
‘In Amsterdam heb je veel culturele instellingen om de hoek. Erfgoed is erg dichtbij. Ik heb de stad leren kennen vanuit de buurt waar de Reinwardt toen nog zat, de Dapperbuurt in Amsterdam-Oost. We kwamen vaak in het Tropenmuseum, dat zat om de hoek. We hebben zó veel gedaan buiten de muren van de opleiding. Dat is echt bijzonder...’

Wat was bepalend tijdens de opleiding? 
‘De stage. Als ik die niet had gehad, was ik nu totaal verloren. Zonder die ervaring had ik echt geen baan kunnen krijgen. Omdat ik niet zou weten wat ik echt zou willen. En omdat ik niet zou weten hoe een culturele instelling in elkaar zit. Ik heb echt zo veel geleerd tijdens mijn stage. Dat betekent ook dat je werk bestaat uit hele stomme praktische dingen. Niet zozeer vervelend, maar wel dat je denkt: o ja, dat hoort er ook bij. Dat weet je pas als je achter zo'n bureau zit of vergadert of een event moet organiseren. Je leert ook heel veel over hoe culturele instellingen, van klein tot groot, werken.’ 

Hoe verliep je zoektocht naar werk? 
‘Ik begon al met werken tijdens mijn opleiding. In het tweede jaar ging ik in Amsterdam wonen. Er kwam toen een oproep voorbij van Blikopeners, een programma van het Stedelijk Museum. Ik vond het Stedelijk tof en wilde er graag iets doen. Het ging na een lange sluiting net weer open en dat kon ik allemaal meemaken. Via Blikopeners heb ik heel veel mensen leren kennen. In mijn tweede jaar ben ik ook in het Stedelijk gaan stagelopen, bij de afdeling Educatie.’

En daarna? 
‘In mijn vierde jaar liep ik stage bij Imagine IC, bij Yassine Boussaid. Hij werkte ook bij het Amsterdams Andalusisch Orkest. Toen het orkest een vierjarige subsidie van het Amsterdams Fonds voor de Kunst ontving, ben ik daar aan de slag gegaan. Ik deed educatieprojecten en tegelijk volgde ik de master Kunsteducatie.’

Gaaf, hoor!
‘Inmiddels ben ik projectmedewerker bij het orkest en doe ik van alles. Van productie tot fondsaanvraag tot de communicatie en het ophangen van een lamp. Ik doe alles om het orkest goed te laten spelen. Omdat het een kleine organisatie is, pak ik heel veel aan en dat is leuk.’ 

Wat vind je het leukst aan je werk? 
‘Dat ik heel veel verschillende dingen mag doen, dat vind ik echt heel leuk. Het is superdivers, ik kom op heel veel verschillende plekken en leer allerlei mensen kennen. Alhoewel dat op een gegeven moment steeds dezelfde mensen blijken te zijn, maar dat is niet erg.’

Wat vind je minder leuk? 
‘Sommige dingen zijn gewoon spannend. Als je iets organiseert, bijvoorbeeld. Of alles wel op het goeie moment op de goeie plek komt en of er wel mensen komen. Dat blijft spannend. Als je het doet, leer je weer en kom je weer een stap verder.’   

Wat is je advies aan toekomstige Reinwardt-studenten?  
‘Ik denk dat het echt belangrijk is dat je openstaat voor veel dingen. Buiten je hokje gaan. Niet al van tevoren denken: dat past niet bij mij... Hoe meer je openstaat voor dingen, hoe meer er op je pad komt. Het gaat erom dat je dingen doet die je tof vindt.'

De future classics van...

Delen